Veelgestelde vragen prostaatkanker
Wat is de beste behandeling?
De prostaat zit op een delicate plaats, boven de sluitspier (om de urine op te houden) en voor de zenuwstructuren die erecties verzorgen. Elke manipulatie ter hoogte van dit orgaan kan dus gepaard gaan met een tijdelijk of permanent functieverlies (voornamelijk plasklachten en erectieproblemen). Er zijn omwille van deze bevindingen al verschillende behandelingen toegepast, allen met hun verschillend genezend resultaat en eventuele bijwerkingen.
Bovendien zijn gelukkig niet alle vormen van gediagnostiseerde prostaatkanker dodelijk. Er kan dus worden besloten geen behandeling te starten. Het “niets doen” en zorgvuldig opvolgen is dus ook een soort behandeling. U wordt op vastgestelde tijdstippen gecontroleerd of de tumor nog steeds ongevaarlijk is, of dat er argumenten zijn ontstaan die een actieve behandeling zouden verantwoorden.
Over het algemeen zijn er drie behandelingsstrategieën, waarvan de effectiviteit verschillend is afhankelijk van de tumor uitgebreidheid. Dit zijn “zorgvuldig opvolgen” zoals reeds aangehaald (cfr. supra), het bestralen van de prostaat (uitwendig en inwendig) en het operatief verwijderen van de prostaat. Het is dan ook erg moeilijk om algemeen te stellen wat de beste behandeling is. Dit is per situatie weer anders. Wel is het zo dat bepaalde prostaatkanker typen in aanmerking komen voor verschillende behandelingsstrategieën en dat deze min of meer dezelfde genezingsresultaten geven, allen weliswaar met een eigen neveneffecten profiel.
Indien er wordt gekozen om de prostaat operatief te verwijderen kan dit open worden uitgevoerd (met een snee in de buik), met een kijkbuisoperatie (klassiek laparoscopisch) en met behulp van de da Vinci robot. De insteek blijft om de meest effectieve behandeling te kiezen die zo min mogelijk belastend is voor de patiënt. Met behulp van de da Vinci robot gebeurt dit op een “minimaal invasieve” manier (kleine sneetjes in de buik en korte opname) en wordt met een zo groot mogelijke precisie geopereerd. Patiënten herstellen over het algemeen snel, kunnen doorgaans na 2 dagen weer naar huis en hebben weinig bloedverlies. Na 1 jaar is ca. 95% weer continent indien jonger dan 70 jaar. Indien de patiënt voor de operatie goede erecties had en de ingreep zenuwsparend werd uitgevoerd is er na 1 jaar herstel van erecties, voldoende goed voor penetratie bij ca. 60% van de patiënten.
Bij welke PSA is een MRI zinvol?
Een MRI is een speciale scan die gebruik maakt van magnetische velden om organen in beeld te brengen. De prostaat is een orgaan dat voornamelijk met behulp van echografie en MRI in beeld te brengen is. Het uitvoeren van dergelijk onderzoek is voornamelijk nuttig indien er reële mogelijkheid bestaat dat de tumor buiten de prostaat is gegroeid en/ of indien er kans bestaat op uitzaaiingen in lymfeklieren. Dit onderzoek kan dan beoordelen (in combinatie met een botscan) of u in aanmerking kan komen voor een lokale behandeling (zoals bestralingen of een operatie). Dit wordt dan een “staging” genoemd. Het uitvoeren van een “staging” is in principe nodig indien het PSA > 20 ngr/mL en/ of indien de Gleason score (=agressiviteit van de tumor) > 4+3. MRI wordt tegenwoordig ook gebruikt om heel gericht prostaatweefsel te kunnen onderzoeken (MRI gerichte biopsies). Er zijn veel aanwijzingen dat dit nuttig is bij patiënten met een verhoogd PSA, waarbij reeds verschillende biopten ter hoogte van de prostaat geen afwijkingen konden vaststellen.
Wat kan ik doen om prostaatkanker te voorkomen?
Eigenlijk niets. Natuurlijk is een gezonde levensstijl belangrijk voor het lichaam, dus indirect ook voor de prostaat, maar preventieve maatregelen zijn er niet. Er zijn argumenten dat het gebruik van antioxidanten, zoals vitamine E, soja en selenium preventief zouden kunnen werken, maar dit is in studies nooit eenduidig bewezen. Ook is een regelmatige zaadlozing niet preventief en geeft het uitvoeren van een sterilisatie geen verhoogd risico.
Er is wel een familiale belasting, waarbij de kans op het krijgen van prostaatkanker verdubbeld wanneer een eerste graad familielid prostaatkanker heeft (bijvoorbeeld vader of broer). Het wordt in deze gevallen ook geadviseerd PSA te controleren vanaf de leeftijd van 45 jaar. Deze zou dan in principe < 0,8 ngr/mL moeten zijn. Indien dit het geval is, kan deze op 50 jaar opnieuw worden bepaald. Deze zou dan < 1,0 ngr/mL moeten zijn. Indien dit het geval is, zijn er studies die suggereren dat een verdere PSA nooit meer nodig is. Doorgaans wordt het PSA echter dan jaarlijks opnieuw bepaald.
PSA screenen (screening of bevolkingsonderzoek is het onderzoeken van een in principe gezonde populatie om asymptomatische gevallen van een ziekte of aandoening op het spoor te komen, in de veronderstelling dat deze aandoening in een vroeg stadium misschien beter te behandelen is) wordt op de dag van vandaag nog niet geadviseerd. Alhoewel er sterke aanwijzingen zijn dat het de sterfte ten gevolge van prostaatkanker verminderd met ca. 25%, geeft het eveneens aanleiding tot een zgn. overbehandeling van ca.40%.
Is het verstandig om niet te behandelen?
Dat kan. Sommige vormen van prostaatkanker worden vastgesteld in een zgn. “slapend” stadium (indolent) en bij toeval gevonden. De vraag kan dan zijn of een behandeling niet meer klachten geeft dan de ziekte zelf. Dit valt af te wegen aan de hand van de tumor karakteristieken, de algemene gezondheid van de patiënt in kwestie en de voorkeur van de patiënt.
Betekent incontinentie bij mannen een voorstadium van prostaatkanker?
Dat kan, maar is niet waarschijnlijk aangezien prostaatkanker in een voorstadium meestal geen klachten geeft.
Incontinentie bij mannen wordt veroorzaakt door:
1. Overloop incontinentie: de urine kan de blaas niet goed uit en de blaasspier verlies het van de obstructie: gevolg is dat de blaas voller en voller wordt en op een gegeven moment enkel wat urine kwijt kan als de blaas bijna zou knappen, waardoor de druk weer even wat afneemt, maar nadien weer volloopt en bijna zal knappen met urineverlies tot gevolg etc.
2. Urge incontinentie: de urine kan de blaas niet goed uit maar de blaasspier wint het van de obstructie: de blaas is zo krachtig geworden dat deze zijn elasticiteit verliest en bij weinig vulling al signalen aan onze hersenen afgeven dat er geplast moet worden, met plotselinge aandrang en eventueel urineverlies tot gevolg.
3. Stress incontinentie: urineverlies dat ontstaat bij druk verhogende momenten bijvoorbeeld bij hoesten en niezen. Dit is doorgaans niet aanwezig indien er aan de prostaat werd geopereerd of als deze werd bestraald.
Wat is het doel van het dragen van TED-kousen?
U dient tijdens de opname speciale kousen (TED kousen) te dragen, die u krijgt van het verplegend personeel bij opname. Wanneer u weer naar huis gaat, mogen deze weer worden uitgedaan, aangezien uw lichamelijke activiteiten dan weer toenemen.
TED- of antitrombosekousen (Trombo Embolism Deterrent) zijn kousen met een "gegradueerde compressie". Dat wil zeggen dat de druk van de kousen gelijkmatig verdeeld wordt. Ze bevorderen de doorstroming van het bloed in de onderste ledematen en verminderen het gevaar dat in uw benen bloedstollingen worden gevormd. Bloedstolling kan optreden doordat u zich na de ingreep minder kan bewegen en uw spieren minder actief zijn. Uw dokter heeft de kousen voorgeschreven om dit risico te voorkomen. Doordat de kousen efficiënt zijn, moet de druk op de juiste plaats worden uitgeoefend. Daarom is het belangrijk dat u de juiste kous kiest en ze correct aantrekt. De verpleegkundige zal de afmetingen van uw been opnemen zodat de juiste kous kan worden gekozen.
Bij de diagnose slecht gedifferentieerde prostaatkanker, hoelang heb ik dan nog te leven?
Dat is afhankelijk van de uitgebreidheid van de tumor op moment van diagnose. Indien de tumor nog beperkt is tot de prostaat en deze in zijn geheel kan worden verwijderd en/of bestraald kunt u hiervan volledig genezen. Indien de tumor zich echter al heeft uitgezaaid, is een genezing niet meer mogelijk. Dan wordt er meestal geadviseerd om met behulp van medicatie te behandelen. Deze medicatie is er op gericht het eigen testosteron naar castratieniveau te brengen. Deze behandeling slaat altijd aan, de vraag is alleen voor hoelang dit lukt. Gemiddeld werkt deze ca. 2 jaar, waarna de tumorcellen ongevoelig worden voor deze behandeling. Vanaf dat moment is de gemiddelde overleving ca. 2 jaar. Gelukkig komen er echter steeds weer nieuwe medicijnen op de markt die de ziekte effectief kunnen bestrijden.
Kan ik na een operatie ook nog bestraald worden?
Dat kan. Dit is afhankelijk van de uitslag van het pathologisch onderzoek (zgn. PA) en het postoperatief PSA (zgn. PSA nadir). Als de prostaat operatief wordt verwijderd wordt deze vervolgens door de patholoog onderzocht. Dit gebeurt door deze eerst een aantal uur in een inktbadje te leggen. De buitenkant van de prostaat wordt zo volledig met een laagje inkt bedekt. Vervolgens wordt deze in lapjes van 3 mm gesneden (zoals een stuk kaas bij de kaasboer). Al deze lapjes gaan om de beurt op een zgn. draagglaasje en worden zo stuk voor stuk door de patholoog onder de microscoop onderzocht. Bovendien wordt er na zes weken opnieuw een PSA bepaald. Dit zou na zes weken “onmeetbaar” (< 0,1 ngr/mL) moeten zijn, gezien het enige dat PSA maakt de prostaat is en deze werd verwijderd. De uitslag van deze twee onderzoeken bepalen in eerste instantie of er nog aanvullende bestralingen noodzakelijk zijn.
Aanvullende bestraling wordt geadviseerd indien er:
1. Tumorweefsel wordt gezien door de patholoog tot aan de snijrand én er een meetbaar PSA is na zes weken (> 0,2 ngr/mL).
2. Tumor karakteristieken worden vastgesteld op het PA onderzoek (zoals tumor ingroei in de zaadblaasjes en/ of tumor uitbreiding buiten de prostaat) die, ondanks dat het PSA < 0,1 ngr/mL na zes weken, de kans groot maken dat dit op enig termijn wel zal gaan gebeuren.
Hierover heerst echter nog onenigheid en meestal wordt er, indien het PSA onmeetbaar blijft, afgewacht.
3. Een meetbaar PSA is (>0,2 ngr/mL), ondanks dat de patholoog geen tumor tot aan het snijvlak heeft kunnen vaststellen.
Ook hier geldt weer dat dit per persoon verschillend kan zijn. Omgekeerd is het doorgaans moeilijker; indien u werd bestraald (inwendig of uitwendig) is het operatief verwijderen van de prostaat moeilijk en kan gepaard gaan met (ernstige) complicaties.
Ben ik na de operatie van al mijn klachten af?
Meestal geeft prostaatkanker in een vroeg stadium geen klachten. Klachten die kunnen worden ervaren (naast plasklachten) worden meestal veroorzaakt door een goedaardige prostaatvergroting (in combinatie met de aanwezigheid van kwaadaardige prostaatcellen). Indien er plasklachten zijn ontstaan ten gevolge van kankercellen is de ziekte vaak al vrij vergevorderd. Als er dus klachten bestaan voor de diagnose zal het afhankelijk zijn van de oorzaak en van de gekozen behandeling hoe deze zullen reageren.
Wanneer mag ik weer autorijden na de operatie?
In principe kunt u 24 uur na de narcose weer autorijden indien er volgens de behandelend arts geen contra-indicatie is. Ons advies hieromtrent is dat u de dag na het verwijderen van de blaaskatheter (één week na de operatie) weer mag autorijden.
Wanneer kan ik weer gaan werken?
Wij raden u aan om na de operatie zeker twee weken rust te nemen. Uiteraard is het soort werk dat u doet (kantoorwerk of zwaar lichamelijk werk) bepalend. Zwaar lichamelijk werk wordt de eerste zes weken na de operatie afgeraden. U kunt in die periode wel aangepast (fysiek lichter) werk uitvoeren.
Doorgaans adviseren we zes weken na de operatie niet te fietsen. Daarna is dit geen probleem. U mag twee weken na de operatie weer alles tillen en licht huishoudelijk werk verrichten.
Mag ik na de operatie direct weer alles eten?
Direct na de operatie mag u alleen drinken. Als dit goed gaat wordt het dieet (met wat u mag eten) uitgebreid. Wanneer u naar huis gaat is uw voeding weer normaal. Na uw ontslag kunt u dus in principe weer alles eten. Over het algemeen wordt geadviseerd om de eerste twee weken na de operatie zwaar verteerbare voeding (vet eten en rauwkost) te vermijden. Belangrijk is dat u voldoende blijft drinken en fruit eet om te zorgen dat uw ontlasting niet te hard wordt en u een regelmatige stoelgang krijgt (zoals voor de operatie).
Waarom moet ik de fragmin prikjes na de operatie zo lang spuiten?
Om te voorkomen dat u trombosebenen krijgt, met het risico om longembolen te krijgen, wat een levensbedreigende complicatie kan zijn.
Hoe zit het met de continentie na de operatie? Wanneer kom ik in aanmerking voor BBFT?
Als er wordt besloten om de prostaat operatief te verwijderen wordt het aanleren van bekkenbodemfysiotherapie (BBFT) voor de ingreep altijd geadviseerd. Na een robotgeassisteerde operatie wordt de blaaskatheter na één week verwijderd via een dagbehandeling. Na het verwijderen van de katheter is slechts 20% direct continent. De meeste patiënten verliezen in het begin nog urine, voornamelijk bij drukverhogende momenten zoals bij hoesten en niezen. Hiervoor krijgt u het nodige materiaal mee. Naarmate de tijd verstrijkt en de BBFT oefeningen worden toegepast (die al voor de operatie zijn aangeleerd) is na één maand ca. 50% van de patiënten continent, na drie maanden 70%, na zes maanden 90% en na één jaar 95%. Het aanleren van deze oefeningen voor de operatie wordt daarom sterk geadviseerd.
Bepalend (voorspellend) hierin is voornamelijk:
- de leeftijd: hoe jonger, hoe sneller en hoe beter het herstel
- de uitgebreidheid van de ziekte
- de lengte van het ‘membraneuze’ deel van de plasbuis
- de chirurgische techniek die werd toegepast
- de ervaring van de chirurg (centrum)
Urineverlies komt voor bij ‘drukverhogende’ momenten zoals hoesten of zware dingen tillen. Het kan dan een oplossing zijn om absorberend opvangmateriaal te gebruiken de eerste periode na de ingreep.
Indien na zes tot twaalf maanden urineverlies blijft aanhouden loont het uw behandelend uroloog te vragen een eventueel corrigerende behandeling met u te bespreken. Er kan middels een operatieve ingreep gezorgd worden dat u opnieuw continent wordt. Dit is afhankelijk van de hoeveelheid urine die u per 24 uur verliest. Indien dit minder is dan 120 cc en u bent niet aanvullend bestraald, komt u in aanmerking voor een ‘Advance Male Sling’. Indien dit meer is dan 120 cc (wel of niet aanvullend bestraald) komt u in aanmerking voor een ‘Sfincter prothese’.
Wat kan en mag ik na de operatie wel en niet?
Na de operatie uitgevoerd met behulp van de da Vinci robot zijn er weinig fysieke beperkingen. U mag dus alles weer doen, zij het met mate. De ervaring leert dat de vlotheid van uw herstel na de operatie in combinatie met het herstel van de continentie bepalend zullen zijn voor uw activiteiten. Fietsen kan weer vanaf 4-6 weken na de operatie. Seksuele activiteit kunt u eveneens proberen te hervatten vier weken na de operatie. Hiervoor geldt het algemene gezegde: “use it or loose it”.
Wat kan ik verwachten van erectieherstel en seksualiteit na een operatie?
Veel hangt van hoe uw erecties waren vòòr de behandeling en de uitgebreidheid van de ziekte. Indien de erecties voor de operatie matig tot slecht waren zullen deze na de ingreep doorgaans niet meer terugkeren. Indien u voor de operatie nog goede erecties had zijn deze kansen veel beter, indien de tumor zich beperkt tot de prostaat en de ingreep zenuwsparend kan worden uitgevoerd.
Algemeen kan men stellen dat bij 60 op de 100 mannen de erecties na een operatie terugkomen. Bepalend hierin zijn:
- de kwaliteit van de erectie voor de operatie
- de uitgebreidheid van de ziekte (kan de ingreep wel of niet zenuwsparend worden uitgevoerd)
- uw leeftijd
- de ervaring van de chirurg
- de toegepaste operatieve methode
De zenuwen die zorgen voor een erectie liggen aan de buitenkant van uw prostaat. Deze zijn vaak met de prostaat vergroeid. Afhankelijk van de plaats en de grootte van de tumor kunnen deze zenuwbanen worden gespaard. Gebruik van de da Vinci robot in combinatie met veel ervaring met deze operatie maken deze delicate ‘zenuwsparende’ procedure goed mogelijk.
Na de operatie is het krijgen van erecties echter meestal tijdelijk niet mogelijk. Vanaf zes weken na de operatie kan dit gaan herstellen. Dit herstel kan tot een jaar na de operatie duren. Het gebruik van potentie verbeterende tabletten (Cialis, Viagra of Levitra) wordt gestimuleerd vanaf het moment dat er enig erectieherstel wordt waargenomen. Deze tabletten dienen een half uur voor de geslachtsgemeenschap te worden ingenomen. Bovendien moet er goede zin zijn om te vrijen.
Indien er vier maanden na de operatie nog totaal geen herstel wordt vastgesteld is het toepassen van Androskat injecties aan te raden, om zo het zenuwherstel verder toe te laten en toch al met enige regelmaat erecties te krijgen. Androskat is een product dat de bloedvaten in de penis verwijdt en dient voor de geslachtsgemeenschap aan de basis van de penis te worden geïnjecteerd (is vrijwel pijnloos), waar er na 5-10 minuten een erectie ontstaat, ongeacht de libido, die gedurende 45 minuten aanhoudt. Dit wordt aangeleerd via een zogenoemde ‘prikinstructie’. Vraag uw casemanager om extra informatie en een afspraak bij de behandelend uroloog.
Soms is het onvermijdelijk dat deze zenuwen tijdens de operatie moeten worden weggenomen. Het krijgen van een normale erectie is dan niet meer (goed) mogelijk. Het orgasme gevoel verliest u echter nooit. Ook voelt de penis na een chirurgische behandeling niet ‘doof’ aan.
Indien de zenuwen gedeeltelijk of volledig weggenomen zijn, is het gebruik van potentie verbeterende tabletten (Cialis, Viagra of Levitra) of het gebruik van Androskat injecties vaak een uitkomst. Na uw operatie komt er geen vocht meer vrij tijdens het orgasme gevoel. De prostaat, die het vocht aanmaakt, is immers verwijderd. Er ontstaat dan een ‘droog orgasme’, u komt klaar met alle daarbij behorende gevoelens, maar zonder zaadlozing.