Isolatiekamer: werkinstructie​​

​Na het volgen van de scholing:

• Ken je de functie en het doel van een isolatiekamer.
• Weet je wat het belang is om goed gebruik te maken van de isolatiekamer.
• Begrijp je de werking van de sluisfunctie en hoe je moet handelen bij een (ver)storing.
• Begrijp je de status van de drukopnemer.
• Weet je hoe je op correcte wijze een ingebruikname van een isolatiekamer voorbereidt en dit controleert.
• Ken je de checklist ABSCT.
• Weet je hoe je kunt zien of de isolatiekamer naar behoren functioneert.
• Weet je waarom een alarm kan afgaan en wat je dan moet doen.
• Ken je de correcte werking van de sluisfunctie en weet je hoe dit gecontroleerd kan worden in geval van een (ver)storing.
• Weet je wanneer je actie dient te ondernemen bij problemen met de isolatiekamer.
• Ken je de werking van de groene noodschakelaar en de rode nooddrukker.
• Ken je de werking van de rode nooddrukker.
• Weet je wat je moet doen om de werking van de isolatiekamer te herstellen.

• Wat is de functie van de sluis?
• Hoe werkt de rode nooddrukker?
• Wat is de status van de drukopnemer?
• Informatie over de ingebruikname van een isolatiekamer met betrekking tot voorbereiding en hoe je controleert of dit goed is gedaan
• Toelichting checklist ABSCT
• Op juiste manier betreden en verlaten van een isolatiekamer
• Hoe is het te zien dat de isolatiekamer naar behoren functioneert?
• Wanneer gaat een alarm af en wat moet je dan volgens het protocol doen?
• Wat doe je bij (ver)storingen?
• Hoe te handelen in noodsituaties?
• Hoe herstel je de isolatiekamer na een noodsituatie?