Voorafgaand aan het voorstel tot operatie hebt u al verschillende onderzoeken ondergaan. Vaak staat de diagnose al vast door het onderzoek dat is verricht door de longarts. Bijvoorbeeld een bronchoscopie en/of CT-scan, al dan niet met PET-scan. Soms is ook al een punctie verricht.
'Vries'-onderzoek
Een enkele keer echter is de diagnose niet bewezen en moet tijdens de operatie hierover zekerheid worden verkregen. Meestal wordt dan tijdens de operatie een 'vries'-onderzoek gedaan: een stukje weefsel wordt daarbij uitgenomen en ingevroren.
De patholoog (de arts die weefselonderzoek doet) bekijkt direct na de operatie onder de microscoop om wat voor weefsel het gaat. Het kan gebeuren dat zekerheid pas verkregen wordt nadat de hele longkwab, waar de afwijking inzit, is verwijderd en onderzocht.
Longoperatie
Voor longkanker is een operatie de aangewezen behandeling, mits de uitbreiding van het kankerproces in de long en in de omgeving van de long niet te uitgebreid is. Ook uw algemene lichamelijke toestand kan een rol spelen.
Wanneer de behandeling is gericht op het genezen van een patiënt, wordt dat een curatieve behandeling genoemd. Bij een behandeling die is bedoeld om de ziekte te remmen en/of de klachten te verminderen, spreekt men van een palliatieve behandeling.
Om uit te maken of een longoperatie mogelijk en zinvol is, moet de chirurg bij sommige mensen eerst een kleinere (diagnostische) operatie doen.