PIP en MCP gewrichtsprothese

PIP en MCP gewrichtsprothese

Bij slijtage van het PIP-gewricht kan er gekozen worden voor een gewrichtsprothese. Het versleten gewrichtsoppervlak wordt verwijderd en de gewrichtsprothese geplaatst.

Bij slijtage van het PIP-gewricht is er slijtage van het gewrichtsoppervlak en is de kraakbeenlaag die zorgt voor de soepele beweging tussen de botten verminderd. Slijtage kan optreden bij ouderdom (ouderdomsartrose), reumatoïde artritis (Reuma) of na een ongeval.

Voor de operatie

Voor de operatie moet u rekening houden met:

  • Neem een begeleider mee naar het ziekenhuis om u na de operatie te helpen tijdens het aankleden en/of vervoer naar huis.
  • Draag geen sieraden of nagellak.
  • Haal alvast pijnstilling in huis (bijvoorbeeld paracetamol).
  • Geef eventuele allergieën voor de ingreep door aan de arts.
  • Stop in overleg met de arts een aantal dagen voor de operatie met bloedverdunnende medicatie. U kunt dit 1 dag na de operatie weer hervatten.

De operatie

Tijdens de operatie ligt u op de rug met uw arm opzij. De operatie gebeurt in dagbehandeling onder verdoving van de hele arm. Soms wordt gekozen voor volledige verdoving.

Er wordt een snee gemaakt op de rugzijde van het te vervangen gewricht, waarna het gewricht wordt opgezocht. De delen van de botten die het versleten gewrichtsoppervlak vormen worden verwijderd. Vervolgens wordt er in beide botten een boorgat gemaakt. Hierin wordt de gewrichtsprothese geplaatst en vastgezet. De omliggende weke delen en de huid worden vervolgens gesloten.

Soms is het nodig om naast het vervangen van het gewricht ook een herstel te verrichten van de omliggende pezen. Uw arts bespreekt dit met u. 

  • Na de operatie krijgt u voor en aantal dagen een gipsverband. U moet het gipsverband drooghouden. Tijdens het douchen kunt u een plastic zak om de hand doen. 
  • U moet de hand de eerste dagen hooghouden. Dit kan met de hulp van een mitella of sling. 's Nachts kunt u uw hand dan het beste op een kussen laten rusten. 
  • Voor eventuele napijn kunt u paracetamol gebruiken, maximaal 4x per dag 1000 mg. Zo nodig krijgt u een recept voor extra pijnstilling.
  • Zelf autorijden met drukverband/gipsspalk mag niet, u bent dan niet verzekerd. 
  • De hechtingen worden na ongeveer 10 dagen door een verpleegkundige verwijderd. 
  • Uw behandelend arts bepaalt hoe lang het gipsverband om moet blijven. Vaak is dit een aantal dagen.
  • Na het gipsverband krijgt u een afneembare spalk. De spalk mag niet nat worden. Nadat de spalk gemaakt is, wordt direct met oefentherapie gestart onder begeleiding van het handenteam. Deze oefeningen zijn er op gericht de kracht en beweeglijkheid te vergroten en om oedeem en verklevingen te voorkomen.

Hersteltraject

  • De duur van de herstelfase na het plaatsen van een PIP of MCP gewrichtsprothese is gemiddeld 3-6 maanden, maar afhankelijk van uw wondgenezing en herstel. 
  • De beweeglijkheid en belastbaarheid van een PIP of MCP gewrichtsprothese is nooit zo goed als het oude oorspronkelijke gewricht.
  • De afneembare spalk moet het eerste jaar tijdens het sporten gedragen worden. Tot 6 maanden na het ontstaan van het letsel raden wij aan contact/vechtsporten en intensieve stressmomenten te vermijden.
  • Soms komt het voor dat het litteken en het gebied rondom het litteken langere tijd (weken tot maanden) gevoelig zijn bij aanraken en druk zetten. Het litteken kan ook hard aanvoelen. Deze klachten zijn bijna altijd tijdelijk.

Handenteam

Na het plaatsen van een PIP of MCP prothese is nabehandeling nodig. De nabehandeling bestaat uit oefentherapie en spalktherapie. Deze nabehandeling wordt uitgevoerd door medewerkers van het handenteam. De duur en de frequentie van de nabehandeling kan zeer variëren.

Mogelijke complicaties

Bij alle operaties bestaat een kleine kans op complicaties. Voor de volledigheid noemen we de (zeer) zeldzame complicaties. Als u vragen heeft over de mogelijke complicaties, raden wij u aan om contact op te nemen met uw behandelend arts.

  • Een wondinfectie, een nabloeding of een veranderd gevoel rondom het litteken. Neem bij roodheid, koorts of erge pijnklachten contact op met het ziekenhuis.  
  • Na een ongeval of operatie van de hand kunnen er onbegrepen klachten ontstaan die niet direct te maken hebben met het trauma of de operatie. Deze klachten  kunnen roodheid, zwelling, een glanzende huid, stijfheid en pijn zijn. Ook kan er een intolerantie ontstaan voor kou. Deze klachten komen slechts zeer zelden voor en zijn vaak tijdelijk.
  • Het komt zelden voor dat het plaatsen van de prothese niet mogelijk is door een tekort aan bot of problemen met de omliggende structuren.
  • Op de lange termijn komt het soms voor dat de prothese breekt of los gaat zitten. Als dit gebeurt, wordt u opnieuw geopereerd.

Meer weten?

Betrokken afdelingen en vakgroepen